Geschiedkundig onderzoek naar den waldenzischen oorsprong van de nederlandsche doopsgezinden

Capa
F. Muller, 1844 - 146 páginas
 

Páginas selecionadas

Outras edições - Ver todos

Termos e frases comuns

Passagens mais conhecidas

Página vi - Het eigenlijk kenmerkende van deze sekte bestaat in hun moreel beginsel: dat zij streven om het Godsrijk of de christelijke kerk in die zuiverheid op aarde te herstellen, waarvan zij het voorschrift meenen te vinden bij Jezus Christus en zijne Apostelen, en in het voorbeeld van de eerste apostolische kerk.
Página 3 - Doopsgezinden bestonden eene reeks van eeuwen vóór de reformatie," zegt hij; »maar toen was er geene geschiedenis van hen mogelijk. Immers de eerste voorwaarde van hun bestaan was zich schuil te houden. Uitgesloten van alle kerkelijke en wereldlijke bedieningen, kunnen zij ook nergens in eenige oorkonden van staat voorkomen. Alle stellingen en plegtigheden der Roomsche Kerk , die JEZUS niet geboden had, loochenende, verdween door dit ontkennend stelsel elk onderscheid van plegtigheden, door welke...
Página 35 - Germaansche heidendom , hetwelk de godheid in hare eigene wouden , nooit in tempelen met menschen handen gemaakt , gediend had. Het eenigste, wat men oppervlakkig zoude zeggen , dat deze strijdzuchtige rassen niet kon bekoren , was de leer van liefde en weerloosheid , welke de...
Página 59 - Hij voegt er bij , dat zij door de vervolging van daar verder opgetrokken zijn naar die gewesten , die men als zakken kan beschouwen , in welke niemand opdringt , zonder te moeten terugkomen , en waar zij dus als...
Página 35 - Germaansche stammen speelde nog de jeugd van een krachtig menschenras, hetwelk van een zwervend tot een gezeteld volk was overgegaan. De godsdienst was de behoeftevan ieders hart en de drijfveer van alle daden.
Página 112 - Doopsgezinde martelaars-boelen, die er van zwijgen. en eindelijk veroordeeld , om met ketenen aan palen vastgeklonken door een langzaam brandend vuur te worden gemarteld en gedood.
Página 48 - Bugarus extiterat ; quapropter omnes eorum complices noverat et factus est eorum accusator, malleus et inimicus familiaris. Tandem vero abutens potestate sibi concessa et fines...
Página 120 - ... bovenstaande opmerking lost deze zwarigheid op. De secte had eigenlijk geenen naam. Ook herhaal ik hier den afkeer dezer secte van alle menschelijk gezag, en dat zij geen anderen naam kenden dan dien van JEZUS; * Natuurlijk behalve wat ik ta pi.
Página 35 - Celten of Sclavonen gemengd was, wat men zich meer op de eerdienst van Rome of By~ 1 Eerst in de XVIId« eeuw valleden de eigenlijke Waldenzen de wapenen op, om hun taaiste loevlugtsoord in Piemont Ie handhaven.
Página 11 - CHRISTUS zochten zij daar , waar het Woord van God regt geloofd en heilig beleefd werd. En...

Informações bibliográficas